Bij een brugkrediet wordt de Loan-to-Value (LTV) meestal berekend op de waarde na de verbouwingswerkzaamheden. Dit wordt ook wel de toekomstige waarde of de waarde na renovatie (after-repair value, ARV) genoemd.
Het idee is dat het brugkrediet wordt verstrekt op basis van het verwachte rendement van het vastgoedproject na de geplande renovatie of verbeteringen. Dit betekent dat de financiering wordt vastgesteld op de waarde die het vastgoed na voltooiing van de renovatie zou moeten hebben, wat de potentiële verkoop- of taxatiewaarde is. Dit biedt ruimte voor de benodigde verbouwing en de financiering daarvan.
In sommige gevallen kan de bank of financier ook kiezen om een combinatie van de huidige waarde (bijvoorbeeld de marktwaarde voor de verbouwing) en de toekomstige waarde te gebruiken, maar de focus ligt meestal op de verwachte waarde na de verbouwing.